Sulfiet

Sulfiet is verzamelnaam voor de chemische verbindingen waarin zwavel en zuurstof aanwezig is. De belangrijkste eigenschap die zwavel heeft, is, dat het zich bindt aan zuurstof. Daar wordt dankbaar gebruik van gemaakt in de voedselindustrie en in de wijnindustrie. Het kan de geur van rotte eieren hebben, maar ook de geur van een lucifer die je aansteekt.

Wat is de werking van sulfiet

Sulfiet heeft een conserverende werking bij de bereiding en het bewaren van voedsel en wijn. Het is een van de eerste conserveringsmiddelen die de mens gebruikte. De oude Romeinen gebruikten al zwavelrook om wijnflessen, kruiken en de kelders, waarin de wijn lag opgeslagen, te ontsmetten.
Sulfiet werkt op drie manieren.
Het belemmert de oxidatie. Door oxidatie kunnen producten verkleuren. Denk bijvoorbeeld aan het bruin worden van een appel of het verkleuren van vlees. Het zorgt dat de kleur fris blijft.
Het heeft ook een antimicrobiële werking en remt de woekering van micro-organismen, bacteriën, schimmels en gisten en zorgt ervoor dat deze minder actief kunnen zijn. Dus het speelt daarmee een rol bij het langer houdbaar maken van producten.
Door oxidatie kunnen onwenselijke geuren ontstaan. Sulfiet voorkomt dat bij het bewaren van producten.

Waar kun je sulfiet in terugvinden?

Het komt van nature voor op fruit, uien, sjalotten, prei, knoflook, bieslook. Dus ook op de druivenschil. Maar het ontstaat ook tijdens een fermentatieproces zoals bij zuurkool, bier, rode kaas en natuurlijk wijn.
Sulfiet is een van de 14 allergenen die verplicht op de verpakking moet staan. Hiervoor worden meerdere termen gebruikt. De naam sulfiet uiteraard, maar ook een aantal E-nummers, namelijk E220, E228, E150b, E150d, E163.Als er meer dan 10 mg per kg of liter in een product zit dan moet het op de verpakking staan. De exacte hoeveelheid hoeft er echter niet op te staan. Het is daarom heel moeilijk om te weten hoeveel je uiteindelijk op een dag binnenkrijgt.
Er zijn ontelbare producten waar sulfiet aan toegevoegd is, te veel om op te noemen. Allemaal relatief kleine hoeveelheden. De grootste hoeveelheid zit in wijn, gedroogde producten, zoals rozijnen, abrikozen en zuidvruchten, en kant-en-klaar producten, zoals instant aardappelpuree, gedroogde groenten, kant-en-klaarmaaltijden, soepen, sauzen, tomatenpuree, suiker, glucosestroop, zuurkool, champignons, bouillon, jus en sauzen.

De “Acceptable daily Intake” (ADI)

Door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) is een ADI (Acceptable Daily Intake) vastgesteld voor sulfiet. Een ADI wordt vastgesteld voor stoffen die niet van nature in voeding voorkomen, maar daar bewust aan worden toegevoegd. Het gaat bijvoorbeeld om E-nummers en bestrijdingsmiddelen. De ADI is de hoeveelheid van een stof die je levenslang elke dag binnen mag krijgen zonder dat dit slecht is voor je gezondheid. Deze wordt altijd heel laag aangehouden voor de veiligheid. Dat is voor sulfiet 0,7 mg per kg lichaamsgewicht.
Dat betekent dat iemand van bijvoorbeeld 70 kg, 49 mg sulfiet per dag binnen mag krijgen. Omdat hele kleine hoeveelheden niet op de verpakking staan is het heel moeilijk om te weten hoeveel je echt binnenkrijgt. Een klein rekensommetje leert dat in conventionele wijn vaak al 150-200 mg sulfiet per liter zit. Dat is per glas 18-30 mg.
Dus je begrijpt, je zit er gauw overheen. Dit geeft wel te denken.
Meer lezen? Sulfiet in wijn, sulfiet in je lichaam